De buitengewone voortreffelijkheid van Bhakti
De genade van Sri Krishna Chaitanya Mahaprabhu is een niet in toom te houden band van regenwolken waaruit de zoete nectar stroomt, die de graankorreltjes van negenvoudige bhakti in het hart tot leven wekt, die de brandende zomerhitte van lust door zijn plotseling verschijnen uitdooft en die verrukking schenkt aan de universele rivier van levende wezens.
Hoewel vorige grote zielen (Prahlada, Dhruva, Kumaras) het pad van bhakti gevolgd hebben, kan men nu door de genade van Srila Rupa Goswami, de intelligentie verwerven om bhakti in zijn volledige rasa-vorm te zien. S.B. 1.2.6:
sa vai pumsam paro dharmo
yato bhaktir adhoksaje
ahaituky apratihata
yayatma suprasidati
Het hoogste streven [dharma] voor de mensheid is dat waardoor ze tot toegewijde liefdedienst aan de transcendentale Heer komt. Deze toegewijde dienst mag geen bijbedoelingen hebben en geen onderbreking kennen, wil ze het zelf volkomen voldoening schenken. Toegewijde dienst aan de transcendentale Heer, is zonder oorzaak en zonder onderbreking.
De Heer zegt ook (S.B. 11.20.8):
Als iemand er op de een of andere manier aan gehecht raakt om over Mij te horen, dan bereikt Hij op de één of andere manier Mijn toegewijde dienst; en bhakti vermeerdert zich op zijn eigen wijze.
Bhakti veroorzaakt Bhakti: De genade (prasada) van de Heer neemt vorm aan door dat de Heer Zijn toegewijde bekrachtigt om Zijn krpa-sakti, genade, door te geven.
De Heer is dienstbaar aan Zijn toegewijde en andere vrome werken worden duidelijk ontkend als feitelijke veroorzakers van bhakti. Deze activiteiten refereren slechts aan bhakti in de materiële hoedanigheid goedheid.
Het pad van bhakti is niet in het minst afhankelijk van karma, jnana of yoga, om het resultaat, prema, liefde voor God, te bereiken. Het omgekeerde is wel het geval. Daarom is het pad van bhakti het hoogste. Ahaituki, zonder oorzaak, betekent dat toegewijde dienst géén materiële oorzaak heeft.