In het boek, ‘De Nectarzee van zuivere Liefde’, hoofdstuk 9, wordt de naleving van de Caturmasya periode als volgt beschreven:
“De Caturmasya ceremonie wordt gevierd gedurende de vier maanden van het regenseizoen in India (dit vindt ongeveer plaats in Juli, Augustus, September en Oktober), beginnend vanaf de Sravana maand. Tijdens deze vier maanden blijven heilige personen, die gewend zijn om van de ene naar de andere plaats naar de andere om het Krishna bewustzijn te verspreiden, in één plaats, normaal gesproken in een heilig pelgrimsoord.
Gedurende deze tijd, gelden er bepaalde special regels en bepalingen welke strikt worden nageleefd. Het staat vermeld in de Skanda Purana dat als men gedurende deze periode tenminste vier keer een rondje om de tempel van Vishnu loopt, men naar verluidt door het hele universum heeft gereisd. Door zulke processiegewijze ommegang wordt begrepen dat men alle heilige plaatsen die de het water van de Ganges aandoet heeft bezocht, en door zich aan de regulerende principes van Caturmasya te houden kan men erg snel tot het platform van toegewijde dienst worden verheven.”
In het boek, ‘Light of the Bhagavata’, tekst 46, vinden we:
“De mensen in het algemeen — en voornamelijk de koopmannen, predikanten, koningen en studenten — worden geadviseerd om hun woonplaatsen niet te verlaten tijdens de vier maanden van het regenseizoen. Deze vier maanden staan bekend als Caturmasya, en voor iedereen gelden er specifieke regels om deze periode in acht te nemen, gedeeltelijk om gezondheidsredenen en gedeeltelijk voor spirituele realisaties. Gedurende deze periode kunnen de handelaars niet vrijelijk zaken doen, kunnen toegewijde zielen zoals de sannyasis niet openlijk de doctrines van de Vedas onderwijzen, kunnen koningen op tournee gaan door hun land, en kunnen studenten niet naar hun scholen gaan, die dan dicht
zijn. Maar na de Caturmasya periode verkrijgen ze allemaal weer de vrijheid om eropuit te gaan en hun respectielijke plichten te vervullen, en zodoende kunnen ze de door hun gewenste resultaten behalen.”
In de Bhavisya Purana staat dat “Die dwaas die het Caturmasya seizoen doorloopt zonder inachtname van religieuze geloften, ascese en het chanten op de japa, dient hoewel hij leeft als een dode beschouwd te worden.”
Als men niet in staat is om de volledige verordeningen te volgen, welke zeer sober zijn, zou men zich op zijn minst aan de basisprincipes moeten proberen te houden. Deze luiden als volgt:
Sravana (maand 1 –
Jul/Aug) – Vasten van groene bladgroenten zoals spinazie en sak
Bhadra (maand 2 – Aug/Sep) – Vasten
van yoghurt
Asvina (maand 3 – Sep/Okt) – Vasten
van melk
Kartikka (maand 4 – Okt/Nov) – Vasten
van urad en masur dals
Srila Prabhupada gaf de instructie dat de toegewijden de strenge bepalingen van Caturmasya kunnen beoefenen. Tegelijkertijd vergelijkt hij, in zijn toelichting op Bhagavad-gita 4-28, de naleving van Caturmasya en soortgelijke
yajnas met de voordelen die men verkrijgt door simpelweg Krsna bewustzijn te beoefenen:
“Er zijn anderen die hogerop willen in het leven, of bevorderd willen worden naar hogere planeten in het universum en die daar toe vrijwillig allerlei beproevingen ondergaan, zoals candráyana en cáturmasya. Wie de gelofte doet zich aan caturmasya te houden, scheert zich vier maanden lang niet (juli tot en met oktober), onthoudt zich van het eten van bepaalde soorten voedsel, nuttigt slechts één maaltijd per dag en verlaat het huis niet. Dit offeren van de gemakken des levens wordt tapomaya-yajna genoemd. Er zijn anderen die verschillende vormen van mystieke yoga beoefenen, zoals het Patanjali-systeem (om op tegaan in de existentie van het Absolute) of hatha-yoga of astárcga-yoga (voor bijzondere volmaaktheden). En sommigen reizen alle heilige bedevaartsplaatsen af. Al dergelijke praktijken worden yoga-yajna genoemd – offeren teneinde zich een specifieke, materiële volmaaktheid te verwerven.
Er zijn er ook, die zich toeleggen op het onderzoek van de verschillende takken der Vedische literatuur, met name de Upanisads en de Vedánta-sutra’s, of de sánkhya-filosofie. Al dit soort offers wordt svádhyáya-yajna genoemd of offer-aktiviteiten op studie gebied. De yogi s die zich getrouw met al deze verschillende soorten offers bezighouden, streven allen naar een hogere levenspositie. Het Krsna-bewustzijn echter is een andere zaak, omdat het rechtstreeks dienen van de Allerhoogste Heer inhoudt. Daarom is Krsna-bewustzijn een bovenzinnelijke aangelegenheid.”
Er worden verscheidene vormen van Caturmasya ascese beschreven in de Vedische literatuur, samen met de voordelen die men kan verwachten door ze perfect na te leven. Hier volgt een kleine opsomming daarvan:
Geen zout – Zijn/haarstem verkrijgt een zoete klank.
Geen olie – Zijn/haar leven wordt langer en men zal nageslacht krijgen.
Geen olie massages – Zijn/haar lichaam wordt prachtig.
Niet koken met olie – Zijn/haar vijanden verdwijnen.
Geen zoethout en olie – Men wordt rijk.
Het opgeven van het dragen van ongeofferde bloemen – Men wordt een Vidyadhara in Devapura.
Het opgeven van de zes soorten smaken (heet, zuur, bitter, zoet, zout and wrang) – Men zal nooit lelijk worden of gaan stinken, of een slechte geboorte krijgen.
Beoefening van yoga – Men gaat naar Brahmaloka.
Geen betelnoten– Men wordt gelukkig.
Geen gekookt voedsel (rauwe fruit and groenten) – Men verkrijgt zuiverheid.
Geen honing – Men wordt luisterrijk.
Geen yoghurt of melk – Men bereikt Goloka.
Geen heet voedsel – Men krijgt nageslacht met een lang leven.
Op de grond of op steen slapen – Men wordt een metgezel van Visnu.
Degene die vlees en honing opgeeft is een yogi en een muni.
Geen bedwelmende drank – Men wordt machtig en vrij van ziekte.
Voor een dag vasten – Men wordt geëerd in Brahmaloka.
Het niet knippen van haar en nagels – Men krijgt hetzelfde voordeel dat men krijgt van het zich dagelijks baden in de Ganges.
Het niet spreken van grama katha (onzin) – Zijn/haar bevel zal nooit worden genegeerd.
Voedsel op de grond eten zonder bord of iets soortgelijks – Men krijgt een koninkrijk op aarde.
Het reciteren van de mantra ‘Namo Narayana’ – Men krijgt hetzelfde resultaat als 100 maal iets geven in liefdadigheid.
Gebeden aanbieden tot de Heer – Men krijgt het resultaat van het schenken van koeien in liefdadigheid.
De lotusvoeten van de Deity aanraken – Men wordt een succesvol persoon.
De tempel van de Heer schoonmaken – Als men een koning is blijft hij dat voor de tijdspanne van een kalpa.
Drie rondjes om de tempel lopen terwijl men gebeden offert – Op het moment van de dood zal men een zwanenvliegtuig bestijgen en naar Vaikuntha gaan.
Zingen of muziekinstrumenten bespelen in de tempel van de Heer – Men gaat naar Gandharvaloka.
Plezier ondervinden aan het bestuderen van de shastras – Men gaat naar Visnuloka.
Water sprenkelen in de tempel – Men gaat naar Apsaraloka.
Bad nemen in een heilige plaats – Zijn/haar lichaam wordt zuiver.
Lord Visnu aanbidden met bloemen – Men gaat naar Vaikuntha.
Pancagavya eten– Men krijgt het resultaat van het naleven van een candrayana vasten.
Een maaltijd per dag nuttigen – Men krijgt het resultaat van een Agnihotra uitvoeren.
Alleen ‘s nachts eten – Men krijgt hetzelfde resultaat als het bezoeken van alle pelgrimsoorden.
Alleen ‘s middags eten – Men bereikt Devaloka.
Voedsel nuttigen dat niet is verkregen door te bedelen of door van buiten komende inspanning – Men krijgt de resultaten van het aanleggen een watervoorziening en het graven van waterputten.
Dagelijks een bad nemen – Men zal nooit naar de hel gaan.
Niet op van een bord eten – Men krijgt hetzelfde resultaat als een bad nemen in Puskara.
Van een blad eten – Men krijgt het resultaat van het wonen in Kuruksetra.
Op een steen eten – Men krijgt hetzelfde resultaat als het nemen van een bad in Prayaga.
Zes uur lang niets drinken – Men zal niet worden aangevallen door ziektes.
Tijdens Caturmasya moeten bloemenslingers, caranamrta, candana en water uit de schelphoorn van de Heer, mahaprasadam en bloemenslingers van de Deity worden aanvaardt.